Hoe geven we les?
Op De Vonder vinden we het belangrijk dat aan uw kind(eren) lesgegeven wordt volgens een doorgaande lijn. Anders gezegd de manier waarop we lesgeven aan uw kind(eren) moet voorspelbaar zijn. Hieronder staat voor groep 1/2 en groep 3 tot en met 8 uitgelegd hoe we dit doen op De Vonder.
Groep 1/2
In het basisonderwijs wordt er onderscheid gemaakt tussen kleuters en schoolkinderen. Kleuters zijn de kinderen in groep 1 en 2 en schoolkinderen zitten in groep 3 tot en met 8. Kleuters ontwikkelen zich op een andere manier dan schoolkinderen en vragen daarom ook om een specifieke visie en werkwijze. Betrokkenheid en welbevinden staan in ons kleuteronderwijs bovenaan. Wanneer kinderen goed in hun vel zitten en hoog betrokken zijn, vindt er fundamentele ontwikkeling plaats.
Kenmerken die het leren van jonge kinderen het beste beschrijven zijn: direct handelend, in de zone van de naaste ontwikkeling (denk hierbij aan kennis en vaardigheden die een kind nog net niet weet of kan) vanuit intrinsieke motivatie, met een hoge betrokkenheid en spelend. Ieder leerjaar is opgedeeld in vijf periodes (van vakantie tot vakantie). In iedere periode staan er focusdoelen centraal. Hierbij moet gedacht worden aan duidelijke en goed door de leerkracht doordachte doelen waar het kind op gebied van kennis en vaardigheden aan werkt. Aan de hand van deze doelen zorgen wij voor een beredeneerd aanbod en laten we de doelen zo veel mogelijk terugkomen in een rijke leeromgeving. Wij zorgen ervoor dat de kinderen spelenderwijs bezig zijn met deze focusdoelen.
Groep 3 tot en met 8
Hiervoor zijn we bezig met het invoeren van de werkwijze van het Expliciete Directe Instructiemodel, kortweg EDI. Deze didactiek ofwel manier van lesgeven, helpt leerlingen en ons om de lessen op een gestructureerde en vergelijkbare manier op te bouwen. Kortom, kinderen weten door deze werkwijze wat er van hen verwacht wordt. De EDI didactiek kent de volgende elementen:
- Het lesdoel wordt met kinderen besproken en/ of gedeeld;
- Voorkennis wordt geactiveerd;
- Er wordt onderwezen in het concept en er wordt onderwezen in de vaardigheid;
- Het belang van de les wordt geduid;
- Er vindt begeleide inoefening plaats;
- Er vindt een duidelijke lesafsluiting plaats;
- Kinderen krijgen de kans om de les zelfstandig te verwerken;
- Indien nodig krijgen kinderen verlengde instructie aangeboden.